Be Cheffe: het aanstormend talent van onze Ladychefs Op 20 november vond de prijsuitreiking plaats van Be Cheffe, een wedstrijd voor Ladychefs actief in België. De avond vormde de prestigieuze afsluiter van een evenement ter ere van inclusiviteit in de sector dat de evolutie van het Belgische gastronomische landschap en de groeiende rol van vrouwen in de horeca in de kijker zette.
Door Romane Henkinbrant
Het idee ontstond minder dan een jaar geleden als reactie op het gebrek aan vrouwelijke gezichten in de culinaire sector, zowel in reality tv-shows als in gastronomische gidsen. Bij wijze van antwoord op deze genderdiscriminatie bedacht Ludivine de Magnanville, voorzitster van de Federatie Horeca Brussel, een event dat helemaal in het teken zou staan van “ladychefs”: “We zijn ons verhaal beginnen te schrijven op een blanco pagina”, zegt ze. “Bedoeling: een nationale wedstrijd in het leven roepen voor vrouwelijke chef-koks in België op alle niveaus en uit alle lagen van de bevolking, om het personeel dat onzichtbaar blijft in de sector meer bekendheid te geven. De creatie van een event van deze omvang – dat drie werelden samenbrengt (die van de horeca, politiek en financiën) – is een manier om bestaande vooroordelen de nek om te wringen. Door dingen te benoemen kunnen we ze in beweging krijgen.”
En het concept was een schot in de roos: “Zodra de inschrijvingen voor Be Cheffe geopend waren, kregen we berichten van tientallen vrouwelijke chef-koks uit het hele land, allemaal ergens tussen 15 en 56 jaar”, vervolgt Ludivine de Magnanville. In hun getuigenissen spraken veel vrouwen over hun plaats in de sector die nog steeds niet inclusief genoeg is. Een bloemlezing: “Ik had onlangs enkele ervaringen in de horeca waardoor ik mijn zelfvertrouwen verloor”; “Clichés hebben weinig te maken met wat vrouwen echt zouden willen zijn”; “Het zou voor mij een kans zijn om mijn passie te delen met andere vrouwen in mijn sector”; “Deze wedstrijd is fantastisch, vooral in het zeer kleine wereldje van ladychefs in België”.
Menselijk avontuur
Van de ongeveer vijftig deelnemers kwamen er 15 op 13 november samen in het Gare Maritime in Brussel. Verdeeld in drie categorieën (studenten en stagiaires; werknemers; ondernemers of partners van bedrijven) gaven de kandidaten gedurende drie uur het beste van zichzelf voor een dubbele opdracht: de creatie van een hapje op basis van appel en hun eigen interpretatie van een Belgisch gerecht.
De kandidates werden bij hun opdrachten ondersteund door onze partners Kitchen Aid – wiens krachtige, elegante en innovatieve toestellen chefs in staat stellen hun creaties nog een niveau hoger te tillen, en Rational, de Ferrari onder de professionele keukenapparatuur. Voor alle grondstoffen konden ze rekenen op de Sligro-groep, die bedrijven uit de voedingssector groepeert ten dienste van de professionele voedingsmarkt in België. Het was dankzij AB InBev dat we het event konden laten doorgaan naast de food market van het majestueuze Gare Maritime. |
De hele dag door proefde een panel van tien deskundige juryleden blind de 30 gerechten die door de kandidaten waren bereid: gegratineerde paccheri met kalfswangcarbonade, cromesquis van kreeft en grijze garnaal op een bedje van sla à la chermoula met bisque, veggie tacos ‘surf & turf’, ravioli van biet gevuld met Granny Smith-salade,… De creaties werden beoordeeld op criteria als smaak, originaliteit, presentatie en techniek. Vervolgens werd één winnaar per categorie gekozen, maar geheimgehouden tot de prijsuitreiking.
“Voor een eerste editie denk ik dat alles perfect is verlopen”, aldus Manon Schenck (La Table de Manon*), meter van deze eerste editie en juryvoorzitster. “Ze hebben allemaal hun uiterste best gedaan en het was echt moeilijk kiezen. Zelfs de studentes: het is prachtig wat ze allemaal doen op die leeftijd. Ik ben ook begonnen met koken toen ik 15 was en ik ben nu 31. Toen waren vrouwen nog minder vertegenwoordigd in de keuken dan nu. Het is geweldig dat er een competitie als deze bestaat om dingen in beweging te krijgen.”
Belgisch talent in de kijker
Op de grote dag was het premier Alexander De Croo die de winnaars van de wedstrijd bekendmaakte tijdens een avondevenement in Bozar, na het proeven van alle bereidingen die de ladychefs voor de gelegenheid live klaargemaakt hadden: “In België getuigen vele sectoren van ons talent. We ervaren de uitmuntende kwaliteit van onze gastronomie elke dag. Ik denk dat het een heel goed idee is om hier een specifiek vrouwenevenement van te maken, want in het algemeen hebben mannen en vrouwen – ik ga stereotypen gebruiken, maar dat is de realiteit – een heel verschillende manier om succes te vieren. Mannen hebben de neiging om te zeggen dat ze de beste ter wereld zijn, zelfs als dat niet zo is. Who runs the kitchen? Thuis is dat vaak de vrouw, maar in een restaurant is dat minder het geval. Daarom is het belangrijk om hun succes in de kijker te zetten met evenementen als dit.”
De drie laureates wonnen onder andere een volledige week stage in de keuken van een gastronomisch restaurant in Frankrijk met alles erop en eraan, begeleiding van hub.brussels via de Kokotte Horeca incubator en Rational-keukenapparatuur. “Het doel van Be Cheffe is niet zozeer om te bepalen wie de beste cheffe van het jaar is, maar om drie verschillende profielen aan te moedigen om hun passie te ontwikkelen”, aldus Ludivine de Magnanville.
Tijdens de prijsuitreiking konden we rekenen op de steun van heel wat partners:
|
“Het enthousiasme voor en door Be Cheffe was ongelooflijk. De betrokkenheid van de chefs was indrukwekkend. De partners vertrouwden ons blindelings. Het is dankzij alle positieve energie rond de horeca dat we zo’n mooi project hebben kunnen uitbouwen”, besluit Ludivine de Magnanville. En daarmee is het verhaal niet uit: “Bij de Federatie Horeca Brussel schrijven we verder en in 2024 voegen we nieuwe hoofdstukken toe”, zegt ze nog: Na “Who runs the kitchen”, waarom niet “Who runs the bar”? Wordt vervolgd…
Aan tafel bij de besten
Categorie studentes / stagiaires: Julia Lemaire (École Hôtelière Provinciale de Namur)
Deze studente aan de École Hôtelière Provinciale de Namur (EHPN) erfde haar passie voor koken van haar ouders, die een frituur hadden. Toen ze net 18 was, koos Julia Be Cheffe als haar eerste wedstrijd met de bedoeling te leren en te groeien. Ze koestert de ambitie om haar eigen zaak te openen. Julia maakte indruk op de jury met haar “Biscuit, rosace, gel, cœur coulant” met appel en haar eigen interpretatie van de klassieke kip met frietjes en appelmoes, waarmee ze haar harde werk, originaliteit en beheersing van smaken demonstreerde.
R.H.: Wat was voor u het hoogtepunt van uw ervaring bij Be Cheffe?
J.L.: Zonder twijfel de prijsuitreiking. Ik had nooit verwacht dat ze mijn naam zouden afroepen, vooral nadat ik de gerechten van de andere kandidaten had gezien. Toen ik op het podium stond, draaide ik me om naar de andere deelnemers en zag dat sommigen van hen tot tranen toe geroerd waren door mijn nominatie. Het was meer dan een wedstrijd, het was een prachtig kookmoment tussen vriendinnen.
R.H.: Wat waren de uitdagingen waar u voor kwam te staan en hoe heeft u die overwonnen?
J.L.: De grootste uitdaging was het gebruik van de inductiekookplaat, waar ik niet bekend mee was. Op school zijn we gewend dat we ons moeten aanpassen aan de apparatuur, het gebrek aan producten enzovoort. Hier was het nog uitdagender! Ik verloor veel tijd en kon niet alles afwerken wat ik wilde. Ondanks alles slaagde ik erin om me aan te passen en mijn gerechten op tafel te krijgen.
R.H.: Hoe heeft Be Cheffe bijgedragen tot uw professionele en persoonlijke groei?
J.L.: Be Cheffe moedigt ons aan om onze grenzen te verleggen. Meestal moet ik de richtlijnen van de school volgen en binnen een bepaald kader blijven. Hier stapte ik uit mijn comfortzone. Sindsdien heb ik verschillende interviews gegeven, heb ik veel felicitaties ontvangen en deze week zelfs een brief van de gouverneur van Namen gekregen. Mijn ouders zijn ontzettend trots. Ik ben ook heel trots op mezelf, want ik had nooit gedacht dat ik dit zou kunnen.
R.H.: Wat zijn uw plannen of doelstellingen voor uw culinaire toekomst?
J.L.: Ik zou graag een ongewoon restaurant openen, iets heel anders dan wat je in mijn regio vindt. Ik denk dan bijvoorbeeld aan een restaurant in het donker, waar de afwezigheid van visuele prikkels de perceptie van smaken verandert. Daar ben ik erg in geïnteresseerd.
R.H.: Hoe ziet u de plaats van vrouwen in de culinaire sector vandaag? En welke rol zouden zij volgens u in de toekomst moeten spelen?
J.L.: Er zouden er meer moeten zijn. Op school hebben we maar les van één enkele ladychef en in mijn klas van acht zitten maar twee vrouwen. Ik denk dat vrouwen bang zijn voor mannen in de keuken omdat die zich vaak superieur voelen. Maar ze hebben hetzelfde beroep als wij en ze zouden niet systematisch de baas over ons moeten spelen. Ik ben een man in de keuken. Mijn ouders zijn in de horeca begonnen toen ik negen was en ik heb mezelf gemaakt tot wie ik ben. Als ik hen hielp in het restaurant, moest ik mezelf soms verdedigen tegen klanten. Je mag niet met je laten sollen. Gendergelijkheid zou meer besproken moeten worden op school, iets wat momenteel totaal niet gebeurt.
Categorie werknemers: Aurélia d’Hollander (Ivresse)
Aurélia d’Hollander die oorspronkelijk journaliste is, maar al zes jaar in de keuken werkt, is souschef in het Ukkelse restaurant Ivresse. Haar voornamelijk plantaardige gerechten worden sterk bepaald door de seizoenen en zijn gericht op de promotie van lokale producten. Haar keuken weerspiegelt haar toewijding en respect voor al wat leeft. Haar aspiraties als ladychef komen tot uiting in haar verlangen om meer ervaring op te doen, zowel in culinaire technieken als in leiderschap, met als uiteindelijk doel op een dag haar persoonlijke project te verwezenlijken. De creaties van Aurélia, een appelhapje ter ere van de Belgische herfst met Bretonse accenten en een gerecht met wulken in ravioli, maakten indruk op de jury dankzij hun originaliteit, hun eerlijke smaak, hun recht-door-zee concept en hun technische uitmuntendheid.
R.H.: Wat verwachtte u van uw deelname aan Be Cheffe?
A.d.H.: Ik zag het allereerst als een geweldige kans om andere vrouwen te ontmoeten die in België in de keuken werken, vooral in Brussel, omdat ik er nauwelijks ken. De meesten van ons bekleden geen leidinggevende posities, en vaak zijn het de chefs die in de media alle aandacht krijgen, niet hun teams. Be Cheffe was de gelegenheid om elkaar te ontmoeten, ons rekenschap te geven van onze aanwezigheid: het voldeed echt aan mijn verwachtingen. De sfeer was uitstekend met verrijkende uitwisselingen en wederzijdse steun. Vervolgens wilde ik mezelf op een meer persoonlijk niveau uitdagen. Als souschef ben ik niet verantwoordelijk voor de creatieve regie van de gerechten, maar volg ik richtlijnen die me gegeven worden. Ik wilde mezelf volledig kunnen uiten in de keuken, zonder van iemand afhankelijk te zijn. Dat voelde bedwelmend. In eerste instantie had ik last van het bedriegerssyndroom, maar uiteindelijk kon ik daardoor aan mezelf bewijzen dat ik in staat was om te slagen. De concurrentie en mijn overwinning gaven mij een extra impuls om na te denken over mijn professionele toekomst.
R.H.: Wat was het hoogtepunt of een sterk moment van uw deelname aan Be Cheffe?
A.d.H.: Het moeilijkste moment voor mij was niet de wedstrijd, maar het moment van de prijsuitreiking in Bozar waar we onze hapjes lieten proeven. Het was moeilijk om alleen te zijn voor mensen die ik niet kende en die mijn gerechten proefden, maar ook om hun complimenten te ontvangen: een stemmetje in mijn hoofd probeerde me te doen geloven dat wat ik gemaakt had niet goed genoeg was om gepresenteerd te worden. Het was interessant om te voelen hoe lastig ik het vind om trots te zijn op mijn werk en mezelf te presenteren zonder filter of de steun van een team. Dit gaf mij vertrouwen en stelde mij in staat mezelf als ladychef te laten gelden.
R.H.: Wat vindt u van de plaats van vrouwen in de culinaire industrie?
A.d.H.: We vragen ons vaak af waarom er niet meer vrouwen in de keuken staan. Dit is te wijten aan het patriarchale systeem dat de industrie vanuit zijn seksistische voorgeschiedenis ontoegankelijk maakt voor vrouwen, tenzij ze bereid zijn hun geestelijke gezondheid, hun integriteit of hun identiteit opzij te zetten. De aanstormende generaties beginnen dingen te veranderen, maar het is nog steeds nodig om te vechten voor een legitieme plek in de keuken.
R.H.: Wat voor goede raad heeft u voor de jonge ladychefs van morgen?
A.d.H.: Waak erover dat je gerespecteerd wordt en tolereer niet wat onaanvaardbaar is. Ook primordiaal is dialoog. Het is voor jonge vrouwen op dit gebied van cruciaal belang om te discussiëren en banden te smeden, vooral met andere vrouwen. Het kan van essentieel belang zijn om vanaf het begin openlijk te praten om een solidaire gemeenschap te creëren en iedereen de kans te geven zijn of haar plaats te vinden.
Categorie werknemers: Joo Stassart (Racines)
Joo Stassart belichaamt vastberadenheid. Als moeder van drie kinderen runt ze samen met haar man twee restaurants en een afhaalzaak, terwijl ze ook nog een traiteuractiviteit uitbouwt. Joo overwon de beperkingen die haar status als “vrouw van” haar oplegden om haar culinaire identiteit te smeden door met Racines haar eigen etablissement te openen. Omdat ze interesse heeft in allerlei soorten gerechten, is ze altijd op zoek naar de combinatie en presentatie die zullen aanslaan. Haar deelname aan Be Cheffe resulteerde in gedurfde creaties zoals een “Thaise risottokroket met Granny Smith-appelsap en koriander” en “Luikse gehaktbal met in miso geglazuurde auberginemaki en pulled pork”. De jury prees het lef en de originaliteit van haar gerechten en benadrukte de explosie van smaken die ze garanderen, net als de harmonieuze combinatie van texturen en de hoeveelheid werk die de kandidate verzette.
R.H.: Wat verwachtte u van uw deelname aan Be Cheffe?
J.S.: Mijn voornaamste doelstelling was mezelf te overtreffen. Ik ga graag uitdagingen aan, en voor deze wedstrijd was het een kwestie van organisatie, mezelf overtreffen, stressmanagement – aspecten die we voortdurend tegenkomen in de professionele omgeving. Ik geniet van stress en adrenaline, maar hier was het maal 1000. Een maand vóór de wedstrijd was ik er heel bang voor: op mijn leeftijd jaagde het mij angst aan om zoiets te doen en vreesde ik dat ik me belachelijk zou maken. Maar ik ben doorgegaan en ben ervoor gegaan.
R.H.: Welk hoogtepunt is u bijgebleven?
J.S.: Mijn ontmoeting met de andere ladychefs, in het bijzonder met Hilde (nvdr. chef van restaurant Boîte). Tijdens de wedstrijd werkten we naast elkaar. Deze ontmoeting, ik weet niet hoe ik het moet uitleggen, is me bijgebleven. We hoefden zelfs niet met elkaar te praten, het was alsof we elkaar al kenden.
R.H.: Met welke uitdagingen kreeg u af te rekenen en hoe heeft u ze overwonnen?
J.S.: Ik probeer mezelf altijd zo goed mogelijk te organiseren in alles wat ik doe. Tijdens de wedstrijd deden zich echter een aantal onvoorziene gebeurtenissen voor. Ik was niet bezig in mijn vertrouwde keuken en het bleek moeilijk om me aan te passen aan de mobiele omgeving en de beschikbare toestellen. Time management was ook een uitdaging. Coach Dominique Stulens heeft mij enorm geholpen, vooral na een lastige eerste proef waarbij ik teleurgesteld was over mijn prestatie. Ze moedigde me aan om me te concentreren op het nu en op de toekomst in plaats van stil te staan bij het verleden.
Tijdens de wedstrijd konden de kandidates rekenen op de steun van Dominique Stulens van Your Next Me. Als businesscoach helpt Dominique mensen en ondernemers om hun denkbeeldige beperkingen te overwinnen, zodat ze kunnen uitblinken bij de ontwikkeling van hun concept. Ze leert systemen en beproefde strategieën aan met betrekking tot ingesteldheid, marketing en onderhandelingen. Met verbluffende resultaten. |
R.H.: Op welke manier heeft Be Cheffe bijgedragen tot uw professionele en persoonlijke groei?
J.S.: Als Aziatische en echtgenote van een redelijk bekende chef-kok werd ik vaak beschouwd als de ‘vrouw van’. Ik hoop dat deze wedstrijd mij zal helpen serieuzer te worden genomen. In Luik weet iedereen van mijn overwinning. Het weekend na de prijsuitreiking gingen onze Sinterklaasborden van start en stroomden de reserveringen binnen.
R.H.: Uw plannen of doelstellingen voor de toekomst van uw culinaire carrière?
J.S.: Op dit moment draaien sommige vestigingen heel goed, anderen minder, maar ook die moeten we behouden omdat we aan een contract gebonden zijn. Zoals elke restauranthouder hebben wij moeite om een faillissement te voorkomen. Dit vergt veel investering en tijd, ten koste van het gezin. Mijn doel is om op koers te blijven en ons team waar we van houden in dienst te blijven houden.
R.H.: Hoe ziet u de plaats van de vrouwen in de culinaire industrie en wat voor rol wacht hun in de toekomst?
J.S.: Mannen domineren nog steeds de culinaire industrie, hoewel vrouwen stilaan hun plaats beginnen in te nemen. Persoonlijk voel ik mij niet altijd geloofwaardig als chef-kok. Door mijn Aziatische afkomst ben ik vaak beperkt tot het presenteren van Aziatische gerechten om erkenning te krijgen, al geef ik de voorkeur aan de Italiaanse keuken.
R.H.: Volgens u is uw afkomst problematischer dan uw gender?
J.S.: Ja, daarom wilden we Racines geen gezicht geven, om niet te laten zien dat ik Aziatisch was. Ik zou graag willen kunnen koken wat ik wil, zonder mezelf te beperken. Als moeder en verantwoordelijke voor een team is het echter de prioriteit om aan hun behoeften te voldoen, zelfs als dit betekent dat er compromissen moeten worden gesloten.
Zij namen deel aan de eerste editie van Be Cheffe…
Studentes of stagiaires
Ellyne Denewet (École Hôtelière Provinciale de Namur)
Ellyne Denewet is pas 15 en begint haar derde jaar aan de École Hôtelière Provinciale de Namur. De jongste van de wedstrijd, die van jongs af aan met haar moeder in de keuken stond, droomt ervan om de wereld rond te reizen op zoek naar nieuwe smaken. Gemotiveerd als ze is om komaf te maken met clichés en stereotypen, zegt Ellyne: “Vandaag worden vrouwen nog steeds te veel beoordeeld op hun uiterlijk, terwijl we graag zouden willen dat er naar onze vakkennis gekeken wordt.”
Zoé Debing (École Hôtelière Provinciale de Namur)
Zoé Debing speelde als kind graag met haar poppenservies, maar ging eenmaal volwassen meteen voor haar culinaire droom. Ze koos de École Hôtelière Provinciale de Namur om haar vaardigheden te ontwikkelen, met als basisprincipes het delen van smaken en kleuren. Haar doel op lange termijn is multicultureel, want ze wil de wereld verkennen. Gemotiveerd door de wens om erkenning te krijgen voor het werk van vrouwen in de restaurantbranche, zegt Zoé: “Ik heb meermaals seksistische opmerkingen gekregen en te horen gekregen dat chef-kok een mannenberoep is. Wat mij betreft bestaat er niet zoiets als een mannen- of een vrouwenbaan. Iedereen kan slagen als hij of zij zijn best doet.”
Léa Collotta (École Hôtelière Provinciale de Namur)
Léa Collotta, die een opleiding volgt aan de École Hôtelière Provinciale de Namur, ontwikkelde eerst een passie voor patisserie voordat ze kok werd. Léa heeft een sterke band met haar Italiaanse roots en geeft haar creaties een zonnig tintje. Waar haar hart sneller van gaat slaan? De fusie van smaken tot kunst verheffen. Ze ziet haar carrière als ladychef als een dubbele uitdaging om een plaats voor zichzelf te veroveren in een sector die vaak gedomineerd wordt door mannen, maar ze pakt die vastberaden aan: “Met motivatie en hard werken kan ik mijn doel bereiken.”
Samira Cherfaoui (CERIA)
Samira Cherfaoui die in het tweede jaar van haar stageperiode van de restaurantopleiding van CERIA zit, ruilt langzaam maar zeker haar roeping van kinderverzorgster in voor die van ladychef. Als fan van de fusionkeuken verblijdt ze vrienden en familie al lang met smaken uit de hele wereld. Gemotiveerd door haar liefde voor culinaire wedstrijden, wil ze zichzelf nu uitdagen in meer realistische en professionele wedstrijden dan de tv-shows waaraan ze heeft deelgenomen (Masterchef France, Objectif Top Chef en My Tiny Restaurant). Samira belichaamt de evolutie van gepassioneerde amateur tot vastberaden toekomstige ladychef.
Werknemers
Victoria Ernst (Vertige)
Victoria Ernst is al tweeënhalf jaar souschef bij Vertige en zet zich volledig in voor zero waste en plantaardig koken. “Voor mij draait koken om het delen van je identiteit, het bieden van een moment buiten de tijd en een ogenblik om te genieten. Een chef-kok is een kunstenaar die zichzelf blootgeeft en een passie deelt. Deelnemen aan deze wedstrijd is een manier om mezelf uit te dagen en een ongelooflijke kans om een aantal geweldige inspirerende vrouwen te ontmoeten.”
Lyla Bangels (Titulus)
Als voormalige food fotografe vond Lyla Bangels haar roots bij Titulus. Haar reizen over de hele wereld inspireerden haar tot de creatie van gerechten die zowel ecologisch als economisch duurzaam zijn. Ze koestert de ambitie om “duurzaamheid te promoten in de voedingssector, maar ook inclusiviteit in de horeca en voedzaam eten op basis van kwaliteitsingrediënten, voornamelijk van plantaardige oorsprong”. Ze hoopt haar eigen zaak te openen, maar voorlopig grijpt ze de kansen die zich aandienen. Haar deelname aan Be Cheffe weerspiegelt haar verlangen om de plaats van vrouwen in de keuken te promoten, andere chef-koks te ontmoeten, haar visie op eten te delen en een nieuwe uitdaging aan te gaan.
Sabria Parée
Sabria Parée begon pas laat in haar leven met koken. Ze leerde de kneepjes van het vak door kookwedstrijden en online chefs te volgen, tot ze besloot haar droom waar te maken. “Ik hoop op een dag mijn eigen zaak te openen, met lokale en duurzame gerechten. Ik wil deze ruimte gebruiken om mensen op te leiden die van school zijn gegaan of geen diploma’s hebben, om mijn liefde voor deze job te delen.” Gemotiveerd door een allesbehalve makkelijke beroepservaring zag Sabria in Be Cheffe een kans om haar passie voor koken terug te vinden.
Kate de Sadeleer (Casello)
Kate de Sadeleer spreidt al twintig jaar haar talent tentoon in de horeca. Haar reis begon na haar schooltijd, omringd door een team van chef-koks die haar leertijd verrijkten. Nu is ze de ladychef van Casello en versmelt ze vakkundig Italiaanse en Aziatische invloeden. “Mijn ambitie is om smaak en creativiteit samen te brengen om mijn gasten onvergetelijke culinaire ervaringen te bieden.” Gemotiveerd door persoonlijke groei, heeft Kate in de wedstrijd een manier gevonden om haar creatieve grenzen te verleggen en haar visie te delen met het grote publiek.
Ladychefs met (aandelen in) een eigen zaak
Hilde Stekelorum (Boîte)
Hilde Stekelorum die al zes jaar Boîte leidt, groeide op in een gezin met ouders die van lekker eten hielden. “Kruiden en specerijen van over de hele wereld domineren mijn keuken. Ik vind het leuk om lokale ingrediënten op een internationale manier te presenteren.” Haar ambitie als ladychef is duidelijk: “Zoveel mogelijk mensen laten kennismaken met deze wereld boordevol smaken.” In een veeleisend beroep waar vrouwen moeite hebben om door te dringen tot de exclusieve lijst van Michelin-chefs, zag Hilde de wedstrijd als een unieke kans om Belgische ladychefs in de kijker te zetten.
Valérie Delange (Tontons)
Op haar 55ste en na zeven jaar aan het roer van haar restaurant, wil Valérie die alle functies in haar team heeft bekleed, graag een nieuwe uitdaging aangaan. Haar motivatie komt voort uit de heruitvinding van haar concept tijdens de coronacrisis en het feit dat ze binnenkort de fakkel wil doorgeven aan haar dochter. “Be Cheffe is ook een uitgelezen kans om andere vrouwelijke chefs te ontmoeten en te discussiëren over de evolutie van het vak, over de plaats van vrouwen in de Belgische horeca”, legt ze uit.
Camille Jadoul (L’Altitude)
Camille Jadoul is sinds tweeënhalf jaar chef-kok bij L’Altitude in Vorst en sinds kort ook mede-eigenaar. “Ik wil dat mijn restaurant een intimidatievrije ‘safe space’ is waar iedereen zich goed kan voelen en ontplooien”, zegt ze. Ze wil ook mensen zonder formele opleiding een kans geven, want zo is ze zelf ook begonnen: “Ik zou niet staan waar ik nu sta zonder mijn eerste chef, die me een kans gaf”. Meedoen aan Be Cheffe was een persoonlijke uitdaging om haar stress onder controle te leren krijgen, maar het getuigde ook van betrokkenheid bij de beweging die de zichtbaarheid van vrouwen in de keuken wil verbeteren: “Ik wil graag percepties veranderen en jonge vrouwen inspireren om onbevreesd te gaan koken”.
Naomi Nsungu (O’Kongo)
Ze studeerde boekhouden en werkt ondertussen als flying chef, maar vandaag is Naomi Nsungu bezig met haar eigen zaak te openen. O’Kongo zal die gaan heten. Naomi was als kind allergisch voor veel ingrediënten en pas op 16-jarige leeftijd kon ze de wereld van het koken en de grenzeloze mogelijkheden ervan volledig omarmen. Nu creëert ze gulle gerechten waarin smaken uit Frankrijk, Azië en Afrika samenkomen. Deelnemen aan Be Cheffe was een manier om haar grenzen te testen en bij te dragen aan de zichtbaarheid van vrouwen in deze wereld: “Ik ben vaak de enige vrouw in de keuken geweest: het dwingt je om dubbel zo hard te bewijzen dat je het kunt. Ik denk dat deze ervaringen me veerkrachtiger hebben gemaakt.”
Naast alle partners die we al citeerden in dit artikel kreeg Be Cheffe de financiële steun van MaBru, hub.brussels, Barbara Trachte, Bernard Clerfayt, David Clarinval en de Stad Brussel. Ook de IPM-groep (La Libre, la DH, l’Avenir) ondersteunde het project via de creatie van redactionele en audiovisuele content. Het hele team van de Federatie Horeca Brussel bedankt van harte al wie zijn steentje bijdroeg aan deze waanzinnige onderneming met haar fundamenteel menselijke inslag. |