Nieuws Juridische informatie

Wat kan een Horeca-uitbater juridisch doen wanneer een klant fraudeert?

 

Het verhaal deed de ronde op sociale media. Een Brusselse restauranthouder ontvangt op een avond een veeleisende klant die een prachtige fles wijn bestelt. Nadat hij een glas heeft geproefd, beweert hij samen met zijn tafelgenoot dat de wijn “een vreemde smaak” heeft. De sommelier blijft professioneel, verontschuldigt zich en haalt de fles weg zonder ze aan te rekenen. Maar na de service bekijkt hij de camerabeelden. Verrassing: de klant had ongemerkt zout in de fles gegoten. Juridische duiding met Antoine Declève, advocaat bij Cairn Legal.

Een “truc” die duur kan uitvallen

Dit gedrag vormt oplichting of bedrog in de zin van de artikelen 496 en volgende van het Strafwetboek. De restaurateur heeft volledig het recht om een strafklacht neer te leggen bij de politie, met de videobeelden en de rekening van de maaltijd als bewijs. De camerabeelden kunnen gebruikt worden, op voorwaarde dat de Horecazaak de camera’s wettelijk heeft geïnstalleerd voor beveiligingsdoeleinden en voldoet aan de Camerawet van 21 maart 2007 en de GDPR. De uitbater kan de prijs van de niet-betaalde wijn en eventuele schadevergoedingen voor morele of imagoschade (zelden toegekend) vorderen. Het is ook mogelijk om rechtstreeks een burgerlijke vordering in te stellen (om een schadevergoeding te verkrijgen zonder strafrechtelijke sanctie), als de uitbater de persoon kan identificeren.

En wat als de klant wegloopt zonder te betalen?

Dit is een specifiek strafbaar feit onder het Strafwetboek: het misdrijf “grivèlerie”, voorzien in artikel 508bis, dat bestraft wie “wetende dat hij absoluut niet kan betalen, zich in een daartoe bestemde inrichting laat bedienen van dranken of voedsel, die hij geheel of gedeeltelijk heeft verbruikt, zich een kamer laat geven in een hotel of herberg, of een huurwagen neemt”. Dit artikel voorziet een gevangenisstraf van acht dagen tot drie maanden en/of een boete van tweehonderd tot vijftienhonderd euro. Het bedrag van de boetes moet vermenigvuldigd worden met de huidige opdeciemen (40). Mogelijke stappen zijn een klacht bij de politie met bewijzen (video’s, factuur, getuigenissen van het personeel), en indien mogelijk de identificatie of nummerplaat van de klant.

“Geleende” handdoeken en badjassen: wat doen?

Dit is diefstal in de zin van artikel 461 en volgende van het Strafwetboek. Een strafklacht voor diefstal is mogelijk. Er kan ook via de burgerlijke weg worden opgetreden om de schadevergoeding te eisen van een geïdentificeerde klant. Het is sterk aan te raden om in het huishoudelijk reglement of de algemene voorwaarden een clausule op te nemen zoals: “Elk voorwerp dat ontbreekt na het vertrek van de klant kan worden aangerekend op het geregistreerde betaalmiddel.” Een courante praktijk is dat het bedrag van het goed wordt aangerekend op de kredietkaart van de klant, wanneer er een voorafgaande toestemming bestaat (bijvoorbeeld een pre-autorisatie bij het inchecken). Deze inhouding is wettig als ze overeenstemt met een reële schade en opgenomen is in de algemene voorwaarden van het verblijf.

Hoewel deze situaties vaak worden gebanaliseerd, herinneren ze eraan dat een Horeca-uitbater of hotelier wél over doeltreffende juridische middelen beschikt om zich te verdedigen — op voorwaarde dat de juiste voorzorgen vooraf zijn genomen: wettige camera’s, duidelijke algemene voorwaarden en heldere betalingsautorisaties.