Horeca Federatie Brussel Nieuws Nieuws Bernard Clerfayt: "De horecasector is een van de grootste werkzoekenden in Brussel."
Nieuws Ronde tafel

Bernard Clerfayt: "De horecasector is een van de grootste werkzoekenden in Brussel."

Vanille Dujardin

De Federatie Horeca Brussel, vertegenwoordigd door haar voorzitter en verschillende bestuurders, kon het debat over werkgelegenheid en opleiding openen tijdens de Ronde Tafel op 7 september 2022, in het gezelschap van verschillende ondernemers uit de Horeca sector alsook van minister Clerfayt en zijn adjunct-kabinetsdirecteur Caroline Daux.

Bernard Clerfayt, minister van de regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, belast met werkgelegenheid en beroepsopleiding, en zijn adjunct-kabinetsdirecteur, belast met de cel werkgelegenheid-opleiding, waren aanwezig in het huis van de Koning van Spanje in de hoop oplossingen aan te reiken voor de problemen die door de ondernemers rond de tafel werden aangekaart.

Job-tekort

Het debat begint met één feit: de horeca is één van de grootste industrieën in Brussel. De basis van de detailhandel in Brussel is volgens de minister het (grote) aanbod van goederen en diensten en een sterke arbeidsmarkt. De cijfers vallen echter mee. "We streven naar een arbeidsparticipatie van 72% in 2030", zegt Clerfayt, "en na 2015 naar een arbeidsparticipatie van 5%, van 20% naar 15%.

Ondanks deze cijfers heeft het ministerie van Werkgelegenheid het tekort zeer serieus genomen en een budget van ongeveer 1 miljard euro vrijgemaakt. "De prioriteit is om het nettoloon te verhogen zodat de kloof tussen werklozen en werkenden groter wordt", legt de minister uit. Volgens hem is dit een van de manieren waarop werknemers gemotiveerd kunnen worden en niet bang hoeven te zijn om te werken. Ook andere mogelijkheden werden genoemd, zoals het verbeteren van het imago van de horeca, het inveren van competentiecontroles binnen Actiris of het verbeteren van de Activa-premies.

Opleiding

Gezien het nijpende tekort aan personeel in de horeca is opleiding een onmisbaar instrument geworden. De minister en zijn adjunct-kabinetsdirecteur zijn het erover eens dat niet alleen werkzoekenden, maar ook opleiders moeten worden opgeleid. Aan tafel werden verschillende ideeën en oplossingen besproken, maar de minister gaf toe dat hij wacht op de publicatie van een studie over werkgelegenheid en opleiding in januari 2023 om bepaalde beslissingen te kunnen verantwoorden, zoals de tutorpremie en de invoering van een label "opleidingsbedrijf".

Mobiele versie afsluiten